Welkom Mail Route Links

Columns

Oktober 2008: Wonderen
September 2008: Verkeren
Juli-augustus 2008: Autoriteit
Juni 2008: Geduld
Mei 2008: Einstein
April 2008: Eén minuut
Maart 2008: Liefde
Februari 2008: Opruiming
Januari 2008: Lijntjes
December 2007: Na dato
November 2007: Gezichten
Oktober 2007: Het weerzien
September 2007: Voor wie?
Augustus 2007: In memoriam J.
Juli 2007: Trots
Juni 2007: Beslissen
Mei 2007: Jongen
April 2007: God en Brood
Maart 2007: Kleur
Februari 2007: Dirigenten
Januari 2007: Vrouw over auto
December 2006: Kiezen
November 2006: Stof
Oktober 2006: Zoeken
September 2006: Vroeger en internet
Augustus 2006: Campinglessen
Juli 2006: Levensbestemming
Juni 2006: Loslaten
Mei 2006: Eerlijk
April 2006: Leuk op straat
Maart 2006: Blikken
Februari 2006: Nieuwsgierig
Januari 2006: Spijt
December 2005: Liefs
November 2005: Ach en wee
Oktober 2005: Euforie
September 2005: De vraag waarom
Augustus 2005: Afscheid
Juli 2005: Verlichting
Juni 2005: Alleen
Mei 2005: Blussen
April 2005: Kwetsbaar
Maart 2005: Naar buiten




Trots (juli 2007)

Gehuld in pyjama nog, zet ik me achter mijn laptop om de door mijn hoofd buitelende gedachten te ordenen. Het moet gaan over trots. Want gisteren is mijn oudste zoon cum laude geslaagd voor zijn VWO-examen. Omdat hij nog zou slagen als hij allemaal drieën zou halen, kocht ik, uren voordat hij de uitslag zou krijgen dus voor mijn gevoel toch de goden verzoekend, een taart bij de Hollandse Eenheidsprijzen Maatschappij. Een paar weken geleden kwam ik daar de vrouw tegen met wie ik exact achttien jaar geleden in de kraamkamer van het ziekenhuis had gelegen: zij herkende mij na al die jaren. Zij kocht gebak voor haar natuurlijk eveneens jarige telg, een dochter die, naar even later bleek, nota bene al meer dan een jaar bij mijn zoon in de klas èn in de MSN-groep zat. Twee ontroerde en trotse moeders waren wij: we hebben al kinderen van achttien, het gaat goed met ze, en dat is mede te danken aan onze jarenlange inzet die achttien jaar en negen maanden geleden een aanvang nam. Dat was wel even iets om bij stil te staan daar in dat typisch Hollandse warenhuis.
 
Nu bevond ik me dus achter dezelfde banketbalie en ontspon zich een gesprekje met een mij onbekende moeder die daar samen met haar geslaagde dochter feestelijke zoetigheid ging inslaan. Weer die moederlijke blijdschap en trots. Als je dezelfde gevoelens hebt, zoals in dit geval, is het makkelijk om ze te delen. In dat opzicht ben ik ook blij dat ik nog steeds een goed contact heb met de vader van mijn kinderen, want bij niemand anders kan ik zo ongebreideld, ja kinderlijk trots zijn op ons gezamenlijke nageslacht. Trots van een ander, vooral als die niet duidelijk uitgesproken wordt maar met veel omhaal wordt gebracht, is soms moeilijk te verdragen. Als een ander trots is, dan word ik wel eens een beetje jaloers. Andersom werd ik in het verleden gecorrigeerd als ik het woord trots gebruikte. Ik moest in plaats daarvan zeggen dat ik blij was. Was het een terechte correctie? Als ik trots ben op mijn kinderen, ben ik zeker ook heel blij, en zou ik willen uitschreeuwen: ik heb zulke mooie zonen, de leukste, de beste en de meest bijzondere van allemaal. En dan wat zachter erachteraan: 'en ik ben de moeder, dus zie je wel, ik heb het altijd wel geweten al heeft niemand het ooit eerder erkend, namelijk dat ik ook heel bijzonder ben'. Vooral dat laatste zou wel eens het angeltje kunnen zijn waar je je als luisteraar door geprikt kunt voelen, namelijk dat de trotse verteller indirect de boodschap afgeeft beter en unieker te zijn dan jij, of een kind heeft dat zo bijzonder is dat het meer aandacht verdient dan het jouwe. Jij als toehoorder voelt natuurlijk aan je water dat dat niet waar kan zijn, want elk kind, elk mens is even bijzonder en heeft even veel liefde en aandacht nodig, maar daar kun je niet op ingaan want het wordt niet als zodanig uitgesproken. En tegelijkertijd wil jij misschien wel dat jouw kind het meest bijzondere kind van de wereld is, maar dat kun je evenmin zeggen.
 
Toch ben ik het er niet mee eens dat een mens alleen blij mag zijn en niet trots: dat was een calvinistische berisping destijds. Toen ik laatst aan een cliënte vroeg of ze trots was op haar kind, ging ze heel even met haar aandacht naar binnen en zei toen met een zelfbewuste lach: ja, ik ben trots op haar. Het zag er zo mooi en fier uit, dat het goed was, om met de God van Genesis te spreken. Kortom, als iemand vanuit een gevoel van gezond zelfbewustzijn trots is en daar rond voor uit komt, is dat prettig te pruimen, als je tenminste zelf ook goed in je vel zit. Wil iemand daarentegen iets compenseren met zijn trots, dan krijg je een achterliggende boodschap, waar je niets mee kunt, wat heel irritant is.
 
Hoe nu om te gaan met de trots over mijn geslaagde zoon? Laat ik het luid en duidelijk zeggen, niks geen onuitgesproken boodschappen: ik ben hartstikke trots op hem! Hij heeft waarschijnlijk de hoogste cijfers van zijn profiel, is ook nog eens een leuke en sociale knul, trots op zichzelf op de goeie manier, en daarom zijn wij hier thuis allemaal ongekend bijzonder, wat zeg ik, uniek.